Dat geeft (g)een pas

Omdat de kortste route over de Zekaripas loopt, besluiten we deze te rijden. Veertig kilometer onverharde bergweg is direct een mooie gelegenheid om de nieuwe schokdempers te testen. Omdat we niets aan het toeval over willen laten checken we de relevante apps, waar het volgende staat te lezen:

"The road is gravel and sand, you don't need a 4wd to go over the pass"    

Dat moet lukken; we zetten Jamie in slaapstand en verwachten aan de andere kant zijn als hij over twee uurtjes wakker wordt.

Wanneer de gravelweg van de rivier naar boven afbuigt blijkt de regenval van afgelopen maanden zijn sporen te hebben nagelaten. Diepe geulen lopen in de lengte over het wegdek, waardoor tergend trage balansoefeningen ontstaan om niet zijdelings naar beneden te zakken. Delen van de weg zijn weggespoeld, wat onherroepelijk één haarspeldbocht daaronder zorgt voor veel nieuwe, losse stenen. Bovendien is het ontzettend steil: het schaarse tegemoetkomende verkeer glijdt remmend naar beneden zoals een beginnend snowboarder van een zwarte piste. Terwijl ik rijd zoekt Lin nog wat meer achtergrondinformatie over de pas. Vrij snel vindt ze op de profetische website 'dangerousroads.org' de ontmoedigende tekst:

"The road is in awful shape and only suitable for off-road vehicles"

'Misschien moeten we teruggaan' zegt Lin. Maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan, we staan met een stevige hellingshoek op een smal bospad. Nieuwe schokdempers of niet, keren zit er niet in en achteruit rijden lijkt gewoon een slecht idee. Dus ploeteren we verder, tot we ver boven de boomgrens zijn en Jamie ondertussen al uren wakker is. We zetten de bus langs de weg op een recht stuk. Het waait hard, het is stoffig en overal ligt koeienpoep. Ondanks het uitzicht gaan we vroeg naar bed: we hopen morgenochtend de top te kunnen bereiken en aan de andere kant af te kunnen dalen. 

De volgende dag is het fris, kraakhelder en windstil. Goedgeluimd starten we de rest van de klim, om na tien minuten een man met een lekke band te treffen. Hij heeft een reservewiel maar geen gereedschap, dus we helpen hem weer op weg. Het gaat te ver om hier het hele proces uit de doeken te doen, maar het feit dat ik handschoenen aan trek, een yogamat neerleg op de grond te bescherming van mijn broze, westerse lichaam, en mijn krikje heb voorzien van een stabilisatieplaatje is voor een Georgiër op een Kaukasische bergpas onweerstaanbaar hilarisch. Dit weerhoudt hem er niet van ons te bedanken door het overhandigen van een stel kanonsharde peren, een zak natte appels en drie kilo weeïge hazelnoten. We gooien alles achterin bij een opgetogen Jamie, wiens vraatzucht groter is dan zijn weerzin voor beschimmelde etenswaren.  

We vervolgen onze weg naar de top, waarbij de weg afvlakt en we over een kam rijden met aan beide kanten fenomenaal uitzicht. Af en toe staan er een aantal houten hutjes bij een kraal, waar boeren hun koeien houden tijdens de zomermaanden. Uit sommige huisjes kringelt rook boven de golfplaten, en spelen varkens en kinderen gemoedelijk samen in de modder. We lunchen op een open veldje tussen de bomen, waar een monnik in zwarte pij komt toegelopen met een bakje lokale honing, wat hij overhandigt als presentje. Het is hier net Nederland: hoe verder van de drukte, des te vriendelijker de mensen.

Met de bloemige zoete smaak van de honing nog in ons mond vervolgen we de weg naar beneden. Ondertussen zijn we al twee dagen bezig met een stuk van veertig kilometer en snakken we naar asfalt zoals een marathonloper naar de finish. We stuiteren door de bossen, waar het lichtgroen van het loof een modieus ensemble vormt met de donkere naaldbomen. Omdat satan echter niets ongemoeid laat rijden we zelf ook lek. Een onedel paard, waarschijnlijk afgunstig door onze overvloedige pk's, heeft een hoefijzer nagel achtergelaten dat de achterband doorboort. Wederom pak ik handschoenen, matje en krik, ditmaal zonder het smalende hoofd van een Georgiër naast me. Ten langen leste bereiken we de hoofdweg, moegebutst en uitgeteld, en rijden naar de dichtstbijzijnde hotspring om ons daar als een kudde nijlpaarden te laten fêteren door het weldadige water. En 's avonds, met gewassen haar, een schone onderbroek en een biertje in de hand, wordt alles met terugwerkende kracht een avontuur in plaats van een uitputtende bezoeking. Wat een rit, wat een spectaculair berglandschap en wat een hartelijke bewoners.

Dus mocht u met eigen vervoer naar Georgië komen, wat u onverwijld en ongeacht verdere bezigheden zou moeten doen, check dan even de relevante websites. Het bespaart u een hartverlammende reisroute, maar tevens blijft u verstoken van lokale granola bestaande uit hazelnoten en honing, wat dan weer wél gezond is. De keuze is aan u.