Elea Beach

Stel, je komt nietsvermoedend met je zeilbootje aan op Elea Beach, een strand op de Peloponnesos, Griekenland. Je stapt uit en staat met je voeten in het zand. In de vloedlijn is een man de afwas aan het doen. De druipende vaat zet hij in een rekje achterop een oude racefiets. Iets verderop staat een naakte vrouw heur haar te wassen in zee. Kinderen met dreadlocks rennen elkaar achterna met stokken van gedroogd riet. Wanneer je het strand oversteekt en onder de dennenbomen door loopt zie je mensen staan en zitten voor oude schoolbussen, vrachtwagens en gehavende campers. Ze stoken vuurtjes, klussen en hangen de was op. Sommigen kronkelen op een yogamatje, anderen lopen rond met jerrycans in hun hand en een kind op hun rug. Honden drentelen overal door het kamp, in de verte klinkt een djembé. Waarschijnlijk bekruipt je een soortgelijk gevoel als Columbus had toen hij in Amerika het strand op wandelde in 1492: stomverbaasd en in twijfel over wat voor land je hebt ontdekt.

Elea is echter een verzamelplaats van vrijwillig ontheemden, Europese nomaden die enkele dagen tot maandenlang verblijven in de bossen achter het kilometerslange strand. Het is een bonte verzameling van mensen en voertuigen. Sommigen zijn 'overlanders' onderweg van of naar het Midden-Oosten en Afrika. Er zijn olijfboeren die ieder jaar een nieuw stuk grond pachten en deze maanden even 'vakantie' vieren. En er zijn gezinnen die het niet eens zijn met hoe het leven in Duitsland, Nederland en andere West-Europese landen georganiseerd is: zij zijn vluchtend voor vaccinaties of het onderwijssysteem hier terecht gekomen. 

In gesprek met die laatsten merk ik bij mijzelf een gretige afkeer van hun argumenten. Vrijwillig afstand doen van luxe en middelen die je ter beschikking worden gesteld is een eigen keuze, en tot zekere hoogte doen wij dat momenteel ook. Maar het getuigt in mijn ogen van een zekere ontevredenheid om het onderwijs, de rechtspraak en de medische zorg waarmee je deze vrijheid hebt verkregen af te doen als minderwaardig. Zeker omdat deze mensen wel ingeschreven blijven op een huisadres in één van de rijkste landen ter wereld, in verband met pensioen, de zorgverzekering en de tandartsafspraak waar ze over 2 weken voor naar huis zullen vliegen. 

Ben je dan een kritisch denker, een wereldverbeteraar, een vertegenwoordiger van het vrije woord? Of een decadente uitvreter? Iemand die, hoeveel geschenken de wereld ook aan zijn voeten legt, de oorzaken van de eigen ontevredenheid altijd buiten zichzelf zal zoeken? Volgens mij dat laatste. Dan kan je nog heel veel reizen en op je djembé trommelen, maar echt gelukkig zal je er nooit van worden. Het is ook niet uit te leggen aan het deel van de wereld dat daadwerkelijk moet vluchten voor honger, onderdrukking en geweld: de vluchtelingen die een paar eilanden verderop als menselijk wrakhout aanspoelen, op zoek naar een leven dat voor jouw wereldvreemde ego blijkbaar niet voldoende ruimte biedt. 

Maar goed. Sommigen mensen wórden ook daadwerkelijk tekort gedaan, waar je ook woont. En met hetzelfde gemak zou je kunnen aandragen dat zij hier, in plaats van te foeteren en ploeteren binnen een systeem dat ze niet bevalt, een paradijs aan het creëren zijn. Want het ís ook schitterend. 's Ochtends word je gewekt door vogels en een ruisende branding. Deuren gaan open, volwassenen staan met gesloten ogen en een koffie in hun hand, als reptielen in de ochtendzon. Kinderen voetballen, krijgen les of schommelen onder de bomen. 's Middags worden er pizza's gebakken in zelfgemaakte kleiovens terwijl er biertjes worden uitgedeeld. Speelgoed is gemeengoed, net als de kinderen, die van niemand en iedereen tegelijk zijn. Ze zwemmen in zee, bouwen kastelen in de duinen en klimmen in de bomen. Griekse boeren rijden tussen de bewoners door met kalamata's, vers brood en olijfolie. Wanneer de zon onder gaat vermengt een briesje de lucht van dennenbos met die van de kampvuren, er klinkt gelach en een gitaar. Een vrijplaats zonder stress en verplichtingen.

We blijven twee dagen en vertrekken met hetzelfde gevoel waarmee Columbus ooit aankwam: verbaasd en vertwijfeld. Geen nieuw land, maar wel een ervaring rijker.