In groep 8 deed ik mee aan de schoolmusical, waar de titelsong 'Afscheid' door mij en mijn klasgenoten met betraande oogjes werd gezongen onder begeleiding van muziekmeester Maarten op de viool: "Afscheid, afscheid doet geen pijn, kijk dat komt omdat we groot geworden zijn". Ik was er van overtuigd dat de tekst klopte en ik, eenmaal écht groot geworden, bij het scheiden der wegen van diegenen die ik lief zou hebben zonder verder omkijken voorwaarts zou marcheren naar beter gezelschap, zonder mij te bekommeren om diegenen die ik achterliet in hun miezerig tranendal.
Nu ben ik al vrij klein van stuk, maar het afscheid van onze ouders heeft pijnlijk duidelijk gemaakt dat ik zowel fysiek als geestelijk weinig ben opgeschoten als het over 'groot worden' gaat. Met een laatste druk op de claxon wegrijden van zwaaiende familieleden maakt hetzelfde gevoel los als de zomer na die musical: een donkere leegte voor je, terwijl je een warm knisperend vuurtje achterlaat. 'Nou, daar gaan we'. 'Ja, daar gaan we'. De stilte overstemt het geronk van de motor.
Het gaat niet om mijn eigen gemis van familie, maar de wetenschap dat we de fysieke afstand tussen die van ons kind en zijn opa's en oma's moedwillig vergroten. Het plezier dat hij heeft in gezelschap van zijn grootouders is ongeëvenaard, en dit laat hij merken ook: iedere keer dat we de bus starten of de motor uitzetten vraagt hij 'Opa? Oma?'. Wanneer ons kind een Linkedinprofiel zou hebben is oma een direct contact en wij een 3e graads kennis. Ik heb het even gecheckt, bij mij is een dergelijk contact Pieter Zwart van Coolblue. En de vergelijking klopt, want de relatie die hij met ons heeft is gelijk aan het mijne met Coolblue: schaamteloos consumeren en positief beoordelen, maar zodra iets me niet bevalt brullend mijn beklag doen zonder verdere wederhoor.
Deze overpeinzing maakt plaats voor het besef dat we de grens met Duitsland passeren, wat de eerste vreugdevolle mijlpaal is in deze nog prille ontvoering van ons kind. Nog geen twee minuten later maakt deze vreugde plaats voor verbijstering wanneer een Duitse politieauto voor ons invoegt en het signaal 'Folge bitte' verschijnt. Discussiërend over de locatie van paspoorten en het gewicht van de bus rijden we een parkeerplaats op dat er gezien de enorme hoeveelheid agenten en de locatie nabij de Nederlandse grens uitziet als de verzamelplaats van een nieuwe invasie.
We worden gesommeerd om de deur open te doen, wat er voor zorgt dat Jamie wakker wordt, onmiddellijk gevolgd door de vraag 'Opa? Oma?' terwijl hij recht in de ogen van een gemaskerde agent kijkt. Of dit er voor zorgt dat we een paar minuten later door mogen rijden weten we niet, en de reden voor de aanhouding blijft ook gissen. Wellicht de cannabis-achtige boompjes op het dashboard, of de moord op een Nederlandse journalist een dag eerder. Maar de aanhouding lijkt het startsein voor het grote onbekende zoals wij het in gedachten hebben: we zijn los.
Stijf van de adrenaline blazen we na terwijl we de snelweg weer oprijden. Jamie vraagt weer of we naar oma gaan. Ik denk aan muziekmeester Maarten. Volgens mij klopt zijn liedje niet.